© Auteur: Barbara le Noble

Met de juiste innovaties kan de agrarische sector de stikstofdoelen makkelijk halen

Een veelgehoord argument om de Nederlandse boeren te koesteren is omdat ze de beste boeren van de wereld zijn op het gebied van duurzaamheid en dierenwelzijn. Als men de veestapel hier halveert, dan zal die elders toenemen. Per saldo is het dus niet goed voor ‘de natuur’ als de Nederlandse boer, met de laagste milieu-impact ter wereld, het veld moet ruimen. Met innovaties zoals de ‘stikstofkrakers’ Lely Sphere en Gazoo, machines die circulaire oplossingen bieden om mest te verwerken, kan tot 80 procent stikstof en methaan worden gereduceerd. Als iedere veehouder dit apparaat geleverd krijgt, dan zal dit de overheid en maatschappij veel minder geld kosten dan de 25 miljard die ervoor uitgetrokken is. Arjan Bonthuis, melkveehouder en voormalig voorzitter LTO Twente, wacht al anderhalf jaar op de zogenaamde ‘proefstalstatus’ om de Gazoo in gebruik te nemen. Welke innovaties zien we nog meer in de agrarische sector?  

 

Volgens D’66 kamerlid Tjeerd de Groot hebben huidige innovaties onvoldoende bijgedragen aan een vermindering van uitstoot. De Groot doelt daarmee op tegenvallende resultaten van de emissiearme stalvloeren. Bonthuis benadrukt dat vloerinnovaties niet te vergelijken zijn met de stikstofkrakers. “Ze zeggen in Den Haag, we hebben het wel gezien allemaal, het werkt niet. En ik moet eerlijk zeggen dat wat betreft de vloeren daar ook een kern van waarheid in zit.” Bonthuis werkte mee aan een onderzoek naar de veiligheid en effectiviteit van deze vloeren toen in 2017 een ontploffing plaatsvond in een stal in Markelo, door opgehoopte mestgassen. Daaruit bleek dat gewone roostervloeren niet alleen veiliger waren, maar soms ook minder stikstofuitstoot veroorzaakten dan emissiearme vloeren.

 

Stikstofkraker

Een veelbelovende innovatie daarentegen is de stikstofkraker die urine en mest scheidt en ammoniakgassen omzet in vloeibare kunstmestvervanger. “Wat zo mooi is aan de Lely Sphere en de Gazoo, is dat ze bijdragen aan circulaire landbouw” stelt Bonthuis. De stikstof wordt geneutraliseerd en vloeibaar gemaakt door middel van een chemisch proces, zodat het kan dienen als voeding voor de planten, onschadelijk voor de bodem. Doordat precies meetbaar is welke hoeveelheid gebonden stikstof in een kuub water is opgenomen, is dit systeem ook juridisch gezien van waarde. Men hoeft niet meer uit te gaan van aannames en modellen want als de stikstof in het water zit, dan zit het dus niet meer in de mestput.”  

Maar dat is nog niet alles. De stikstofkraker filtert mineralen fosfaat en kalium uit de mest. Dankzij dit apparaat kan je het land naar behoefte organisch bemesten en is minder kunstmest nodig, wat de bodem weer ten goede komt. De dunne fractie die overblijft na het scheidingsproces kan terug de stal in om de vloer schoon te maken en mest verder te verdunnen. Het klinkt als de oplossing voor verschillende problemen. Bonthuis is ervan overtuigd. “Wij kunnen per direct de bouw weer lostrekken, zeg ik altijd tegen wethouders, want met deze technologie wordt de uitstoot met 80 procent verlaagd. Het kost de maatschappij maximaal 5 miljard door achter iedere stal een Lely Sphere of Gazoo te plaatsen.” Bonthuis vraagt zich wel af waarom hij zo lang moet wachten op de proefstalstatus om het apparaat werkelijk te gebruiken. “Ik wacht al anderhalf jaar op de vergunning, de procedure loopt bij het RVO, Rijksdienst voor Ondernemend Nederland. Navraag leert dat de staatssecretaris uiteindelijk de beslissing neemt over het verlenen van de proefstalstatus. 

Verduurzaming uit mest

Mestverwaarding is een belangrijke technische innovatie en bedrijven zoals Twence dragen bij aan regionale verduurzaming door emissies van de broeikasgassen methaan en ammoniak om te zetten in waardevolle producten. Varkensmest, waarvan een groot overschot is in Twente, wordt omgezet in hoogwaardige grondstoffen en duurzame energie. Uit de verwerking van mest wordt groen gas geproduceerd voor 3.000 huishoudens. Doordat de mest snel bij de boer wordt opgehaald, is er minder ammoniak en methaan uitstoot, wat ook gunstig is voor de leefomgeving in de stal. Bonthuis: “Er wordt kalium, fosfaat en stikstof gescheiden maar ook schoon water gewonnen dat zó schoon is dat het voor bewatering van natuurgebieden wordt gebruikt. Van de fosfaat worden ‘brokjes’ gemaakt die bestemd zijn voor druiventeelt in Noord Frankrijk. Kalium wordt ingedikt en als meststof gebruikt voor de aardappelteelt. Deze innovaties dragen bij aan circulaire landbouw.”

Dierenwelzijn

Ook op het gebied van dierenwelzijn zijn innovaties gaande. Bonthuis stelt: “Welzijn is voor iedere boer belangrijk want als een dier het niet naar zijn zin heeft, dan produceert hij minder, zo simpel is het.” Hij noemt een aantal voorbeelden van diervriendelijke innovaties. Koele lucht uit een nabijgelegen bos dat via ondergrondse buizen de stal in wordt geblazen, waterbedden voor biggen, glijbanen en modderbanen bij Piggy’s Palace in Bathmen. Ook op het gebied van gezondheid zijn er innovaties. “Vorige week was ik bij een varkenshouder die zijn dieren ent zonder naalden. De entstof wordt door een hogedrukspuit ingebracht, er komt geen naald meer aan te pas. Geen wonden, geen pijn en het bespaart twintig procent entstof”.

De consument hoort vooral de zielige verhalen en is niet altijd op de hoogte van hoe goed de Nederlandse boer voor zijn dieren zorgt, zeker in vergelijking met het buitenland. “Neem nou de kippenboer hier aan de overkant” vertelt Bonthuis, “vroeger hadden ze daar legbatterijen, maar sinds het verbod in Nederland werden de apparaten verplaatst naar megastallen in Oekraïne. En de buitenlandse eieren van die legbatterijen liggen hier nu gewoon in de onderste schappen van de plaatselijke supermarkt.”

Een andere diervriendelijke innovatie is de toepassing van trackers, een digitale sensor die de bewegingen van de koe monitort. Iedere keer dat de koe graast wordt dat geregistreerd, evenals herkauwbewegingen. Bonthuis ontvangt meerdere keren per dag data en wanneer er een afwijking wordt gesignaleerd, kan hij in een vroegtijdig stadium ingrijpen, bijvoorbeeld door de koe bij te voeren of medicatie te geven. Ook werkt Bonthuis samen met Coöperatie CRV om de weerbaarheid van zijn koeien te versterken door de genetische aanleg van een koe in kaart te brengen. “Met DNA-onderzoek proberen we ze weerbaarder te maken, tegen ziektes, zoals klauwgezondheid. Hoe meer ik onderzoek, hoe meer ik weet over het dier en hoe betere maatregelen ik kan nemen om infecties te voorkomen.”

Bodemonderzoek

In 2018 deed Henk Siepel, hoogleraar dierecologie, een opmerkelijke uitspraak: “De bodemfauna op het platteland in Twente is zo dood als een pier.” Bonthuis, in die tijd voorzitter LTO Twente, zag in de praktijk een heel ander beeld en liet een onderzoek uitvoeren naar de toestand van de landbouwgronden in Twente. Aan de hand van negen parameters uit bijna 60.000 bodemmonsters van de afgelopen 12 jaar, uitgesplitst naar grondsoort en gewas, was de belangrijkste conclusie dat de vruchtbaarheid van de landbouwbodem in Twente over het algemeen stabiel en op peil is. Twee van de parameters gaven een stabiel beeld, en maar liefst zeven toonden zelfs een lichte verbetering. In eerste instantie kreeg Bonthuis geen medewerking van de RVO voor de data van de grondmonsters. “Onder het mom van privacybescherming persoonsgegevens konden we die data niet krijgen. Uiteindelijk na het nodige gesteggel kwamen de data en werd alles in kaart gebracht. Het positieve resultaat was overduidelijk. Maar in de media was het kwaad al geschied.” aldus Arjan Bonthuis.

bronnen:

Onderzoek Twente Mineral Valley: https://mineralvalley.nl/nieuws/bodemvruchtbaarheid-in-twente-stabiel/

https://www.tubantia.nl/regio/hoogleraar-luidt-noodklok-twentse-bodemfauna-zo-dood-als-een-pier~a2050676/